Menu
Abraham
14.41. Onze Heer, vergeef mij en mijn ouders en de gelovigen op de Dag waarop de afrekening zal plaatsvinden.
14.42. Denk niet dat Allah achteloos is omtrent hetgeen de onrechtvaardigen doen. Hij geeft hun slechts uitstel tot de Dag waarop zij zullen staren,
14.43. Met opgeheven hoofd zich voorthaastend, terwijl zij hun blik niet kunnen afwenden en hun hart ledig is.
14."44. En waarschuw de mensen voor de Dag waarop kastijding over hen zal komen, dan zullen de onrechtvaardigen zeggen: ""Onze Heer, schenk ons uitstel voor een korte periode. Wij zullen Uw roep beantwoorden en de boodschappers volgen."" ""Hebt gij voorheen niet gezworen, dat er voor u geen ondergang was?"""
14."45. En gij vertoeft thans in de woonplaatsen van degenen die zichzelf onrecht aandeden en het was u duidelijk geworden hoe Wij met hen handelden terwijl Wij de voorbeelden voor u hadden gegeven."""
14.46. En zij hadden hun plannen reeds gesmeed maar hun plannen zijn bij Allah, al waren hun plannen zó dat er bergen door zouden worden verzet.
14.47. Denk derhalve niet dat Allah zal falen Zijn belofte aan Zijn boodschappers te houden: Allah is voorzeker Almachtig, Heer der Vergelding.
14.48. De dag (zal komen) waarop de aarde en de hemel door een andere aarde en hemel zullen worden vervangen, en zij (de mensen) allen voor Allah, de Ene, de Opperste zullen verschijnen.
14.49. En op die Dag zult gij de schuldigen in kettingen geklonken zien.
14.50. Hun kleren zullen van pek zijn en het Vuur zal hun gezicht omhullen.
14.51. Opdat Allah elke ziel moge vergelden voor hetgeen zij heeft gedaan. Voorzeker, Allah is snel in het vergelden.
14.52. Dit is een aankondiging voor de mensen opdat zij er door mogen worden gewaarschuwd en opdat zij mogen weten dat Hij de Enige God is en opdat degenen die begrip hebben er lering uit mogen trekken.
Rechercher dans le Coran
Accès sourates
Accès versets